Dag van de verpleging

18 jaar heb ik in de zorg gewerkt. Mijn opleiding Ziekenverzorgende heb ik gedaan bij verpleeghuis De Weerde in Eindhoven.

Ik weet nog als de dag van gisteren dat ik startte met mijn opleiding. Na de pre-opleiding ging je aan de slag als leerling-ziekenverzorgende en ik startte op de allerzwaarste afdeling van het verpleeghuis, dit was een afdeling met dementen ouderen. Deze ouderen waren geestelijk echt ver weg. In die tijd woonden er 35 patiënten, nu worden ze bewoners genoemd en er waren er kamers voor 2, 3 of 5 personen. Je kwam pas alleen te liggen als je heel erg ziek was of op sterven lag.

Op deze afdeling lag ook de oudste patiënt, zij was 103 jaar oud en lag altijd op bed. Deze mevrouw was al helemaal in de babyfase zoals dat werd genoemd. Reageren op haar naam was er niet meer bij en de enige reactie die wij kregen was tijdens het voeden. Wij gaven haar inderdaad de fles en dan had je even oogcontact met haar net als met een baby. Ze is 104 geworden.

Als leerling had je een begeleidster die jouw leerde hoe het in de praktijk ging. Deze persoon lette heel erg op je tillen. Nu heb je allerlei apparatuur hiervoor maar in die tijd, in de jaren 80, was dit echt niet het geval. We hadden in het huis een hele “ijzeren zuster” en die stond natuurlijk altijd op een andere afdeling dus het was sneller om de mensen, als het kon, samen in bed te tillen. Door deze persoon heb ik geleerd hoe ik iemand alleen kon tillen. Mensen die veel zwaarder waren dan ik.

In die tijd werden de mensen vastgezet om te voorkomen dat we elke week in het ziekenhuis zouden zijn met een patiënt/bewoner die weer was gevallen. Nu zijn de regels anders en misschien ook beter.

Zo hadden wij op de afdeling in het dagverblijf een prachtig aquarium met tropische vissen. Dit was een cadeautje van een familie. Het aquarium werd bijgehouden door de voedingsassistente en in het weekend door de verzorging. 

We hadden op een dag, net na carnaval, de ene ziekmelding naar de andere. De nachtdienst moest worden vervangen want die was ziek naar huis gegaan. Dus iemand van de ochtenddienst mocht ‘s morgen om elf uur naar huis en ‘s avonds om elf uur weer terug komen. Iemand melde zich ziek die zou avonddienst hebben dus deze dienst moest ook worden opgevangen. In totaal kregen wij die dag 7 ziekmeldingen en we waren voor die dag met 12 personen ingedeeld. De leerlingen waren in principe boventallig maar je snapt het al die dag dus niet.

We bleven nog met 4 personen over en we hadden 35 patiënten die verzorgd moesten worden. Je snapt het al dit was hard doorwerken om iedereen voor elf uur uit bed te hebben. Telkens als we iemand naar het dagverblijf reden zeiden we tegen elkaar; “de keuken is goed bezig, we krijgen vanmiddag vis”. De keuken van het verpleeghuis, daar keken wij op vanuit het dagverblijf en wij roken regelmatig wat er werd klaargemaakt.

We waren rond half 12 klaar met alle patiënten/bewoners, de bedden zouden we later op de dag doen, en nu konden we ons opmaken voor het eten. 

De kar was al op de afdeling en wij haalden het eten hieruit en zetten deze bij de patiënten/bewoners die zelf konden eten en gelukkig was er familie die we hadden opgetrommeld om te komen helpen. We haalden de deksels van de borden maar er was geen vis. Wij hadden en roken nog steeds vis. 

Op een bepaald moment vroeg een familielid aan mij; “waarom is het aquarium zo warm? Aquarium warm? U begrijpt het al. De vislucht die wij roken was afkomstig van het aquarium. Een van de bewoners had de thermostaat ontdekt en aan gedraaid en nu waren alle vissen gekookt. Het aquarium is schoongemaakt maar er zijn kunstbloemen in gezet. Waarom? De patiënten/bewoners aten ook de planten en het zand op.

 

 

Geef een reactie